Is Alleen de Liposuctiemethode Voldoende?
Dit is één van de onderwerpen waar onze patiënten het vaakst naar vragen en wellicht ook het meest over vergissen. De vraag “Dokter, als we alleen het vet wegzuigen, is het dan niet opgelost?” horen we heel vaak. Het antwoord op deze vraag hangt af van de weefselstructuur van de patiënt, maar voor de overgrote meerderheid van de patiënten met echte gynaecomastie is het antwoord “nee”.
Liposuctie, het met een vacuüm wegzuigen van vet, richt zich – zoals de naam al aangeeft – uitsluitend op het vetweefsel. Als de patiënt pseudo-gynaecomastie heeft, dus als het probleem uitsluitend vetophoping is, is liposuctie een uitstekende en voldoende oplossing. Er blijven nauwelijks littekens achter, het herstel is zeer snel en het resultaat is bevredigend. Maar bij 80–90% van de gynaecomastiegevallen is er naast vetweefsel ook hard glandulair weefsel aanwezig:
U kunt het borstklierweefsel vergelijken met de vezelige kern van een sinaasappel en het vetweefsel met de zachte laag eromheen. Met liposuctiecanules kunt u het zachte vet rond de kern weghalen, maar het harde, vezelige gedeelte in het midden kunt u niet afbreken en opzuigen. Wat gebeurt er als bij een patiënt met glandulair weefsel alleen liposuctie wordt toegepast? Het vet rondom verdwijnt, maar de harde massa onder de tepelhof blijft aanwezig. Dit kan leiden tot inzinkingen, een golvende contour van de borst en een tepelhof die nog steeds naar voren uitpuilt.
Situaties waarin alleen liposuctie onvoldoende is, zijn onder andere:
- Aanwezigheid van hard glandulair weefsel
- Ernstige huidverslapping
- Vergroting van de tepelhof
- Asymmetrische borstvorm
Wat Is de Gouden Standaard: de Gecombineerde Operatietechniek?
De techniek waarmee we in de gynaecomastiechirurgie de meest esthetische, natuurlijkste en minst complicatiegevoelige resultaten behalen, is de aanpak die we “gecombineerde techniek” noemen. Deze methode, die in de literatuur en klinische praktijk als gouden standaard wordt beschouwd, verenigt de voordelen van liposuctie en chirurgische excisie (verwijdering).
Bij deze techniek verloopt het proces als volgt: eerst wordt een uitgebreide liposuctie uitgevoerd in het borstgebied, de okselregio en rondom de borst. Deze stap vermindert het algemene borstvolume, accentueert de contouren van de borstspieren en – het belangrijkste – isoleert het harde borstklierweefsel van het omliggende weefsel. Nadat met liposuctie het vet is verwijderd, wordt via een klein halvemaanvormig sneetje aan de onderrand van de tepelhof het resterende harde glandulaire weefsel bereikt. Dit weefsel wordt dan chirurgisch in zijn geheel of in fragmenten verwijderd.
Het grootste voordeel van de gecombineerde techniek is dat zij de “overgangszone” perfect egaliseert. Als u het weefsel alleen uitsnijdt, zakt de zone rond de tepelhof in terwijl het gebied eromheen hoog blijft; dit noemen we het “bord-effect”. Maar als u eerst de omgeving met liposuctie verdunt en daarna het weefsel verwijdert, wordt de borstwand vlak en glad. De sleutel tot een mannelijke, atletische en natuurlijke borstvorm is het gelijktijdig verwijderen van weefsel en het vormgeven van de contouren.
De voordelen van de gecombineerde techniek zijn:
- Een egale, gladde borstcontour
- Kleiner risico op bloedingen
- Kleinere operatielittekens
- Sneller herstel
- Natuurlijke overgangslijnen
Welke Rol Speelt VASER-Technologie in Dit Proces?
Met de technologische vooruitgang zijn ook de apparaten die we in de plastische chirurgie gebruiken sterk geëvolueerd. Eén van de belangrijkste technologieën die ons bij gynaecomastie-operaties ondersteunt, is VASER (ultrageluid-ondersteunde liposuctie). In tegenstelling tot klassieke liposuctie werkt VASER met behulp van ultrasone geluidsgolven.
De grootste meerwaarde van deze technologie bij gynaecomastie-operaties is het “selectieve” effect. Wanneer de VASER-sonde in het weefsel wordt ingebracht, richten de uitgezonden geluidsgolven zich specifiek op de vetcellen en maken deze vloeibaar. Bloedvaten, zenuwen en bindweefsel worden gespaard. Hierdoor zijn blauwe plekken en zwelling na de operatie veel minder dan bij klassieke methoden. Bovendien is het gynaecomastieweefsel meestal erg hard en vezelrijk. VASER verzacht dit harde weefsel als het ware, waardoor de chirurg het gemakkelijker kan bewerken en het via een veel kleinere opening kan verwijderen.
Een ander belangrijk voordeel betreft het effect op de huid. VASER-energie verwarmt de onderhuidse laag, stimuleert de collageenproductie en zorgt voor huidverstrakking. Vooral bij patiënten in stadium 2 en grensstadium 3 kan de huid zich hierdoor netjes aan de borstkas aanpassen zonder dat huid hoeft te worden weggesneden. Dit bespaart de patiënt grote incisies en lange littekens. Daarnaast kan de zogenaamde “High-Def”-techniek, waarbij de randen van de borstspieren scherp worden gemarkeerd voor een atletische look, met VASER veel preciezer worden uitgevoerd.
De voordelen van VASER-technologie zijn:
- Minder blauwe plekken
- Minder oedeem
- Verstrakkend effect op de huid
- Verzachting van hard weefsel
- Mogelijkheid tot zeer precieze contourvorming
Blijven er Littekens Achter en Waar Worden Deze Verborgen?
In de esthetische chirurgie is één van de grootste zorgen van patiënten vanzelfsprekend de littekens. De vraag “Mijn borst wordt wel mooier, maar houd ik dan een lange littekenlijn over?” horen we heel vaak. Dankzij moderne chirurgische technieken kunnen de littekens bij gynaecomastie-operaties vrijwel onzichtbaar worden gemaakt.
De meest gebruikte toegang is het “periareolaire” gebied. Aan de onderrand van de tepelhof – waar het gekleurde deel van de tepel overgaat in de normale huid – wordt een halvemaanvormige incisie van ongeveer 1–2 cm gemaakt. Omdat dit al een natuurlijke kleur- en textuurovergang is, valt het litteken na volledige genezing weg in deze overgangslijn en is het met het blote oog nauwelijks zichtbaar. De kleine openingen die voor liposuctie worden gebruikt, zijn meestal 3–4 millimeter groot en worden aangebracht in verborgen zones zoals de okselplooi; deze vervagen in de loop der tijd volledig.
We moeten echter eerlijk zijn: als de patiënt stadium 4 gynaecomastie heeft, met zeer grote borsten en sterke huidverslapping, zijn alleen kleine incisies niet voldoende. In dat geval moet ook de overtollige huid worden verwijderd, wat kan betekenen dat er een grotere littekenlijn rondom de tepelhof of soms richting de onderzijde van de borst ontstaat. Maar bij ongeveer 90% van de patiënten kunnen we met minimaal invasieve technieken, dus vrijwel littekenvrije methoden, uitstekende resultaten bereiken.
Factoren die de zichtbaarheid van littekens beïnvloeden zijn:
- Huidtype van de patiënt
- Genetische genezingscapaciteit
- Roken
- Blootstelling aan zonlicht
- Wondverzorging na de operatie
Hoe Verloopt het Herstel en Hoe Moet de Drukkleding Worden Gebruikt?
Een geslaagde operatie is slechts de helft van het traject. De andere helft heeft te maken met hoe goed de patiënt zich aan de postoperatieve adviezen houdt. Direct na de gynaecomastie-operatie krijgt de patiënt een speciaal medisch compressievest aangemeten. Dit korset is een cruciaal onderdeel van het herstelproces.
Omdat we tijdens de operatie weefsel uit de borst verwijderen, ontstaat er een ruimte tussen de huid en de borstspier. Als we hier geen druk op uitoefenen, probeert het lichaam deze ruimte te vullen met seroom (weefselvocht) of blijft de huid los en geneest onregelmatig. Het korset drukt de huid tegen de onderlaag, zorgt voor een glad herstel en houdt het oedeem onder controle. In ons standaardprotocol vragen we de patiënt om het korset de eerste 3–4 weken dag en nacht te dragen (alleen uit te doen tijdens het douchen) en de daaropvolgende 2–3 weken nog een halve dag per etmaal.
Om het hersteltraject duidelijker te schetsen: de eerste week is de periode waarin de patiënt het meest moet rusten. De pijn is meestal mild en goed te controleren met eenvoudige pijnstillers, maar beperkte armbewegingen zijn normaal. Vanaf de tweede week begint het oedeem snel af te nemen en past de patiënt zich volledig aan het dagelijks leven aan.
Belangrijke aandachtspunten tijdens de herstelperiode zijn:
- Consistente en juiste korsetdragen
- Rugligging tijdens het slapen
- Voldoende waterinname
- Beperking van zoutgebruik
- Correct gebruik van voorgeschreven medicatie
Wanneer Kan Men Terugkeren naar Sport en het Sociale Leven?
Omdat veel van onze gynaecomastie-patiënten jonge en actieve mensen zijn, is de vraag wanneer ze weer mogen sporten één van de meest gestelde. Te snel hervatten kan echter de inwendige hechtingen belasten of het bloedingsrisico verhogen. Daarom hanteren we een gefaseerd schema.
Wie een zittend beroep heeft, kan doorgaans 3–4 dagen na de operatie weer aan het werk. Bij zwaar lichamelijk werk kan deze periode oplopen tot 10–14 dagen. Voor de terugkeer naar sociale activiteiten is het vooral van belang dat het korset onopvallend onder de kleding gedragen kan worden; dankzij dunne compressievesten kunnen onze patiënten meestal al na enkele dagen weer onder de mensen komen.
Wat sport betreft: tijdens de eerste week staan we alleen lichte wandelingen in huis toe. Vanaf de tweede week kunnen stevige wandelingen worden gemaakt. In de derde en vierde week kan voorzichtig worden gestart met oefeningen voor de onderlichaamsspieren en lichte trainingen die de borstspieren niet belasten. Voor krachttraining, push-ups, pull-ups of bench presses die de borstspieren direct aanspreken, moet echter minimaal 6 weken worden gewacht. Te vroeg beginnen met zware training kan leiden tot aanhoudend oedeem en contourafwijkingen.
Het globale schema voor hervatting van sport is als volgt:
- Lichte wandelingen
- Stevig wandelen
- Oefeningen voor het onderlichaam
- Lichte cardiotraining
- Volwaardige krachttraining
Wat Zijn de Mogelijke Risico’s en Complicaties?
Zoals bij elke chirurgische ingreep zijn er ook bij een gynaecomastie-operatie potentiële risico’s. Het is onze plicht als arts om deze risico’s transparant met de patiënt te bespreken. Toch moet worden benadrukt dat gynaecomastie-chirurgie een procedure is met een lage complicatiegraad en een zeer hoge patiënttevredenheid.
De meest voorkomende complicatie is “seroomvorming”. Seroom is een ophoping van lichaamsvocht in het operatiegebied. Dit zien we meestal wanneer het korset onvoldoende wordt gedragen of wanneer de patiënt te snel te actief is in de vroege fase. Meestal kan dit in de polikliniek eenvoudig met een naald worden aangeprikt en weggezogen, zonder blijvende schade.
Een ander risico is een hematoom, dus een bloedophoping in het operatiegebied. Dit kan in de eerste 24 uur na de ingreep ontstaan, bijvoorbeeld door een bloeddrukpiek of een stomp trauma. In zeldzame gevallen kan het nodig zijn dit bloed operatief te evacueren. Daarnaast kunnen tijdelijke gevoelsstoornissen rond de tepel, kleurveranderingen van de huid of contouronregelmatigheden optreden. Gevoelsverlies herstelt meestal binnen 3–6 maanden wanneer de zenuwen zich regenereren.
Mogelijke complicaties zijn onder andere:
- Vorming van seroom
- Ontwikkeling van hematoom
- Risico op infectie
- Gevoelsverlies ter hoogte van de tepel
- Asymmetrie
- Wondgenezingsproblemen
- Blijvende verhardingen
Zijn de Resultaten Blijvend en Kan Gynaecomastie Terugkeren?
Eén van de meest geruststellende punten voor onze patiënten bij het nemen van de operatiedecisie is het permanente karakter van de resultaten. Bij een gynaecomastie-operatie verwijderen we het borstklierweefsel fysiek uit het lichaam, waardoor dit weefsel geen mogelijkheid meer heeft om opnieuw te groeien. Een eenmaal geopereerd borstklierweefsel kan dus niet spontaan terugkeren naar de oorspronkelijke staat.
Toch is een belangrijke kanttekening nodig: “gewichtstoename”. Tijdens de operatie verwijderen we niet elk spoor van vetweefsel uit de borst; om een natuurlijk uiterlijk te behouden laten we een dun vetlaagje onder de huid zitten. Als de patiënt na de operatie sterk in gewicht toeneemt (bijvoorbeeld 20–30 kilo), kunnen de overgebleven vetcellen in volume toenemen en opnieuw vollere borsten veroorzaken. Dit noemen we geen “recidief”, maar vettoename door gewichtstoename.
Een nog kritischer aspect betreft hormonen en steroïden. Als de patiënt na de operatie om spiermassa op te bouwen anabole steroïden of testosteronsupplementen blijft gebruiken, kunnen zelfs microscopisch kleine restcellen van het borstklierweefsel gestimuleerd worden om opnieuw te groeien. Daarom raden we onze gynaecomastiepatiënten ten zeerste aan om levenslang dergelijke hormoonpreparaten te vermijden.
Om herhaling te voorkomen, is het belangrijk op het volgende te letten:
- Behoud van het ideale lichaamsgewicht
- Regelmatige lichaamsbeweging
- Een evenwichtige voeding
- Vermijden van steroïden
- Vermijden van overmatig alcoholgebruik